De sociale media ontploften zowat toen de eerste kastanjes op het Plein in Kaprijke tegen de vlakte gingen. Sommigen hadden het over een moord op de natuur, anderen spraken over verzinsels rond zieke bomen en noemden het drogredenen om de kastanjebomen van het Kaprijkse dorpsplein weg te halen.
Realiteit is dat het Plein er in de toekomst nooit meer zal uitzien zoals menigeen het heeft gekend. De renovatie zal 420.000 euro gaan kosten, een som waarvan Erfgoed Vlaanderen er 140.000 van voor haar rekening neemt.
De dubbele rij (zieke) kastanjebomen behoorde al lang niet meer tot het heden. Over enkele maanden zullen 68 nieuwe olmen de plaats van de kastanjes overnemen op het Plein in Kaprijke.
Schepen Frederik Versluys: “De ingreep is inderdaad niet min, maar ooit moest ze een keer uitgevoerd worden. Dat de Kaprijkse bevolking gehecht is aan haar Plein is begrijpelijk, maar zieke bomen moeten nu eenmaal vervangen worden. Meteen is ook de tijd aangebroken om heel het Plein van Kaprijke grondig te renoveren”.
Olmen
Nu alle bomen verdwenen zijn, wordt het plein volledig afgegraven. “De ondergrond wordt opengetrokken, zodat in de toekomst het water beter kan insijpelen”, verduidelijkt Versluys.
“Daarna wordt de vlakte opgehoogd en krijgt ze een licht hellende structuur zodat het regenwater niet blijft staan. Aan de kant van de kiosk komt er een grintgazon. Dat is een stabiele grasstrook waarop we dan later tal van activiteiten kunnen organiseren”.
De kastanjebomen worden vervangen door 68 olmen. “Een deel van de gerooide bomen krijgt een tweede leven”, besluit Versluys. “Samen met de bevolking gaan we op zoek hoe nog intacte stukken van de bomen in het straatbeeld kunnen terugkeren, via bankjes, beeldhouwwerkjes of andere mogelijkheden.”
Subsidie
Jarenlang werd getracht om de schade aan de bomen te herstellen, maar dat bleek ijdele hoop. Meer dan eens moest de brandweer uitrukken om dorre takken te verwijderen. “Toen Vlaams minister van Erfgoed, Matthias Diependaele (N-VA), het licht op groen zette en met een subsidie van 140.000 euro zwaaide, kwam het dossier in een stroomversnelling”, besluit Versluys. “De erfgoedwaarde van het plein met haar dubbele bomenrij bestond al lang niet meer. De waterhuishouding verliep moeizaam door de steenharde bodem onder het grasveld.”
(LK)
